Kies de juiste kleding
Uiteraard moet je rekening houden met de weersomstandigheden en je materiaal en voeding aanpassen. Wees niet bang om het in het begin wat koud te hebben... je krijgt het al snel warm! Kleed je dus warm, maar zonder overdrijven: geef de voorkeur aan drie lagen in technische en thermische stoffen.
Eerste laag = ademend ondergoed dat goed aansluit. Of een aansluitend, ademend en isolerend T-shirt waarin je gemakkelijk kunt bewegen en dat de ichaamswarmte vasthoudt en tegelijk de transpiratie afvoert.
Tweede laag = isolatie. Dit kan een shirt met lange mouwen en opstaande kraag zijn, of een shirt met fleece voering.
Derde laag = bescherming. Om je te beschermen tegen de regen, de wind of de sneeuw draag je een licht maar technisch jack, dat de weersomstandigheden zal trotseren in jouw plaats!
Bedek vooral goed je bovenlichaam: romp, buik en onderrug, want daar zitten je vitale organen. Houd ook je lichaamsuiteinden warm: hoofd, hals, handen en oeten, want via die «koudebruggen» kun je tot 70% warmte verliezen. Op sneeuw kunnen trailschoenen noodzakelijk zijn. Ze zijn slipvaster en voorkomen dus een ongelukkige val. Pluspunt als je het hebt: een waterdicht GORE-TEX®-membraan aan de binnenkant dat natte sneeuw buiten houdt.
Als de zon van de partij is, draag je een zonnebril. De weerkaatsing van het licht op de sneeuw kan echt verblindend zijn. En als je van plan bent door hoge sneeuw te lopen, trek dan gaiters aan. De dagen zijn korter, neem dus eventueel een hoofdlamp of runlight mee. Laatste punt: blijf nooit lang in je koude kleren zitten na je sessie. Kleed je snel om op een warme plek.