1. Hinkelen, een onderschatte klassieker
Toegegeven, hinkelen is voor ons een beetje jeugdsentiment. Van de aarde naar de hemel in tien vakken ... We wanen ons even terug kind en vergeten al onze zorgen. Maar wees gerust, ook vandaag vinden kinderen dit een bijzonder leuk spel. Augustin, 8 jaar, legt ons de regels even uit: “Als je één vak ziet, ga je er met je voet op staan en als je twee vakken ziet, ga je er met twee voeten op staan. Je kunt zelfs allerlei trucjes doen.” Eenvoudig en succes verzekerd! Hieronder vind je onze variant van dit spel. Het voordeel is dat je je eigen hinkelbaan kunt maken op de vloer van je salon of met krijt in je tuin. Binnen gebruik je best verwijderbare plakband of afplaktape (die je gebruikt om tijdens het verven de hoeken af te dekken). Klaar, hinkelen maar!
Het spel: Teken op de grond eerst het vakje "Aarde". Dat is het vakje waarop de speler zijn steen moet gooien. Vervolgens teken je vanuit de Aarde drie even grote vakjes achter elkaar. Nummer de vakjes. Maak vakje vier en vijf naast elkaar. Teken vakje zes er vlak boven en maak vervolgens vakje zeven en acht naast elkaar. Teken tot slot het negende vakje, het vakje dat verwijst naar de "Hemel". De eerste speler gooit zijn steen naar vakje 1. Als de steen in vakje één valt, moet de speler op dat vakje en vervolgens op de volgende vakjes springen tot aan vakje zeven en acht. Hierna moet de speler in omgekeerde richting hetzelfde doen. Als hij bij vakje twee komt, moet hij voorover buigen (zonder te vallen) om de steen op te rapen. Vervolgens moet hij in het vakje Aarde springen. De speler begint opnieuw tot hij uiteindelijk in het vakje Hemel komt. Als de steen niet in het gewenste vakje valt, verliest de speler zijn beurt. Er wordt beurtelings gespeeld.