triatlon verlopen

Hoe verloopt een triatlon?

.

Je wilt voor de allereerste keer deelnemen aan een triatlon? Je bent al een uitdaging aangegaan met vrienden of vriendinnen? Je wilt weten hoe het voelt om over de finishlijn te komen, maar weet niet echt hoe het er allemaal aan toe gaat bij een triatlon? Ontdek hier hoe een triatlon verloopt en lees onze tips om optimaal te genieten van je debuut.

Allereerst moet je, eens je een wedstrijd hebt geprikt, voor elk van de drie sportdisciplines voorbereidende trainingen plannen. Er bestaat geen universele regel voor de training, maar in elk geval moet je steeds geleidelijk opbouwen en het accent leggen op regelmaat: 2 keer per week 5 km hardlopen is beter dan om de 2 weken 10 km doen.

organiseer jezelf voor een triatlon

Voor het startsein: organiseer jezelf 

Leg voor de start je materiaal klaar in de wisselzone en prent de weg in je hoofd die je zult moeten afleggen bij de eerste wissel W1 wanneer je uit het water komt en naar je fiets gaat, en later bij de tweede wissel W2 wanneer je je fiets wegzet en je hardloopschoenen aantrekt. Let op referentiepunten om je heen en onthoud die. Dat voorkomt dat je veel kostbare minuten verliest doordat je je uitrusting moet gaan zoeken tussen die van tal van andere triatleten.

Trek daarna je wetsuit aan over je trisuit en zwem nog een paar lengtes voor het startschot wordt gegeven, om het zwemtraject te analyseren (boeien zoeken, kijken waar je uit het water moet komen). Bij sommige wedstrijden, vooral in zee, kan het nuttig zijn om crème aan te brengen om irritatie van hals en oksels door het schuren van je wetsuit te vermijden.

Nog maar een paar seconden tot het startschot!

Het idee om te midden van een grote groep te moeten starten, jaagt je angst aan? Blijf dan wat achteraan staan en ga na het startschot rustig het water in (of blijf bij de laatsten als het start in het water plaatsvindt). Crawl, schoolslag, rugslag, je mag zelf kiezen, concentreer je dus op het zwemmen en vergeet niet om af en toe het hoofd op te tillen om te zien waar je bent.

Na de zwemproef ga je naar je plaats in W1, de eerste wisselzone. Als je niet te nerveus bent, kun je onderweg naar je plaats alvast je zwembril bovenop je badmuts zetten en je wetsuit openritsen en van je schouders pellen. Het kan behoorlijk lastig zijn om je uit je wetsuit te wurmen; blijf kalm en maak grote bewegingen om eruit te komen. Daarna is het tijd om je startnummerband om te doen, met het nummer op je rug. Sokken en schoenen aan, helm en bril op en je bent klaar om te vertrekken met je fiets aan de hand. Je mag pas op je fiets stappen nadat je over de startlijn bent, opgelet de scheidsrechters houden dit in de gaten en je riskeert een tijdstraf wanneer je het reglement overtreedt.

De fietsproef

De fietsproef

De fietsproef neemt 40 tot 50% van de hele triatlontijd in beslag, onthoud dus één ding: doseer!

Hydratatie en voeding spelen in deze proef een uiterst belangrijke rol, je moet je lichaam voldoende brandstof geven om het de hele proef lang vol te houden. De behoeften verschillen per persoon, het is moeilijk om een precieze aanduiding te geven over dit aspect van de triatlon maar vergeet niet om regelmatig te drinken, nog voordat je dorst voelt. Een dorstlesser vult deels de mineralen aan die je verbruikt tijdens de proef.

Afhankelijk van de duur van de proef kun je dit aanvullen met energierepen en/of -gels, waarbij je dezelfde redenering volgt als voor het drinken, je moet iets eten voordat je honger voelt.

Net als bij het zwemmen let je goed op de markeringen op de grond en/of de signalisatie die je de weg tonen tijdens het fietsen. En houd ook nog wat reserves, want hierna komt de loopproef.

De fietsproef is achter de rug en je komt aan in de tweede wisselzone W2. Stap van je fiets voor de witte lijn die de ingang van de wisselzone aangeeft. Hier geldt hetzelfde als bij W1, houd je aan dit punt in het reglement anders loop je het risico dat je straftijd krijgt omdat je het reglement overtreedt.

In W2 laat je je fiets achter op de plaats die je hebt uitgekozen voor het begin van de wedstrijd. Nu hoef je alleen nog je fietsuitrusting uit te trekken, je loopschoenen aan te trekken en je kunt starten met de loopproef. Vergeet niet om je startnummer op je buik te draaien.

De loopproef

Daar sta je dan, klaar voor de loopproef!

De overgang van de horizontale positie van het fietsen naar de verticale houding tijdens het lopen zal je een gevoel van zware benen geven, dat is volkomen normaal. Vertrek niet te snel om te vermijden dat je al meteen zijsteek krijgt, het is fijner om tijdens de proef wat te versnellen dan om te moeten vertragen of stappen omdat je niet goed gedoseerd hebt.

Profiteer ook van de bevoorradingspunten om goed te drinken! En geniet van de aanmoedigingen van de toeschouwers langs de kant van de weg!

De finish is in zicht: nog 100 m, nog 50, 10, 5, 1 ... je hebt het gehaald, proficiat!!! Geniet van die momenten van ongelooflijke voldoening, je hebt het verdiend.

En dan is het tijd om te recupereren!

Een paar minuten na de inspanning vul je je glycogeenvoorraad aan met koolhydraatrijke voeding: energierepen, fruit, ... en drink vooral veel, bij voorkeur dranken rijk aan oligo-elementen.

In de daaropvolgende uren en dagen kun je de recuperatie voltooien met stretchoefeningen, zelfmassage en een paar nachtjes goed slapen.

En dan wordt het alweer tijd om je volgende triatlonwedstrijd uit te kiezen!!!