De voorbereiding
Je vrije hand moet helpen om je racket naar achteren te brengen, waardoor je schouders automatisch gaan meedraaien.
Samen met de service is de forehand de meest gebruikte slag bij tennisspelers. Waarom? Omdat deze simpelweg het makkelijkst aan te leren is. Maar je kan hem natuurlijk altijd aanscherpen!
Elke speler kan makkelijk een forehand slaan, maar toch is het belangrijk om even stil te staan bij de basics van een gekruiste forehand. We bespreken hem in 5 korte puntjes.
Je vrije hand moet helpen om je racket naar achteren te brengen, waardoor je schouders automatisch gaan meedraaien.
Je dient je zo te organiseren dat het einde van je voorbereiding ten laatste samen valt met de bots van de bal. Je benen staan ofwel wijd, ofwel achter mekaar of iets er tussen in. Dit naar eigen voorkeur.
Zak met het blad van je racket en zorg dat je onder het niveau van de bal zit.
Die gebeurt voor je lichaam, tussen schouders en heupen, met je elleboog weg van het lichaam (dus niet ertegen). Een gekruiste forehand sla je altijd voor je lichaam, dus nooit ernaast.
Naar boven en naar voren uitzwaaien. Je elleboog zet de beweging van je schouder in gang. Je begint de uitzwaai pas als je elleboog voorbij je achterste steunpunt gaat.
~
Ziezo! Nu weet je de basisregels voor een gekruiste forehand. Nu is het aan jou om deze theorie om te zetten in de praktijk. Succes!