Slimmer zijn dan de aanvaller van de tegenstander
Verdedigers en aanvallers spelen een kat-en-muisspel tijdens de match. Ze houden stevige en geëngageerde duels die de uitkomst van de wedstrijd kunnen bepalen. Om de bovenhand te krijgen op zijn tegenstander kan een verdediger het sluw aanpakken. Gewaagd, maar zeer efficiënt wanneer het goed wordt uitgevoerd, is de buitenspelval die deel uitmaakt van de trukendoos van de afstopper. Om dit onder te knie te krijgen, is het belangrijk om steeds goed te kijken naar de posities van je verdedigende teamgenoten. Het spel 'aanvoelen' is ook van essentieel belang. Een goede verdediger weet hoe hij de aanzet van de pass van de tegenpartij kan voelen aankomen en weet hierop te anticiperen om zo zijn tegenstander buitenspel te zetten. Daarnaast is het ook heel belangrijk om een leider in de verdediging te hebben die de verplaatsingen van iedereen leidt. Neem deze rol zeker op als je denkt er de schouders voor te hebben!
Deze anticiperende kwaliteit zal ook van pas komen voor de verdediger als hij reddende onderscheppingen wil uitvoeren. Om een pass van de tegenpartij te recupereren, is het belangrijk om oog te hebben voor de positionering en te vermijden dat je te dicht op je tegenstander loopt. Je moet ruimte laten voor manoeuvres zodat je snelheid kan maken en niet voorbijgestreefd kan worden. Op deze manier belet je hem ook zijn lichaam te gebruiken zoals hij dat wil. Het is voor een aanvaller namelijk gemakkelijker om een aanvallende rol te spelen als zijn man-op-mandekking wordt afgestopt. Hij moet enkel zijn arm gebruiken en zich driekwart draaien om je te blokkeren. Dat is veel moelijker als je van voren wordt opgejaagd.