Ontdek onze lenigheidsoefeningen voor je paard

Lenigheidsoefeningen
voor het paard

Mijn paard is niet wendbaar, het is net een houtstronk!
Ontdek onze lenigheidsoefeningen.

Hoe werk je aan de zijwaartse buiging en lenigheid van je paard?

Hoe ontspan ik mijn paard en maak ik het leniger?

Vandaag richten we ons op lenigheid en ontspanning. We gaan hierbij uit van een paard dat weinig wendbaar is, een beetje als een "houtstronk". Je zal zien dat een dergelijk paard, afhankelijk van de regio, ook wel een schuit of zelfs een boot wordt genoemd!
Wat ook ons niveau is, we zijn allemaal gepassioneerd! We dromen ervan om één te worden met ons rijdier, om te rijden zoals de groten dat doen, of kortweg om harmonie te vinden. En ja, op papier lijkt dat eenvoudig, maar eenmaal in het zadel ondervinden de meesten van ons, en ikzelf niet in het minst, enkele moeilijkheden. Natuurlijk hangt veel af van de leeftijd van je paard en de mate waarin het gedresseerd is, maar toch...
Het gaat erom dat je er een zekere harmonie mee ontwikkelt. Je paard is immers geen passagiersschip, noch een wagentje, het is een levend dier dat respect en een zeker welzijn verdient.
Je hebt het al begrepen, met deze raad willen we werken aan de zijwaartse buiging en lenigheid van je paard.

Hier volgen 3 lenigheidsoefeningen voor je paard.

De slangenvolte met 3 bogen

Oefening 1: de slangenvolte

We beginnen met de slangenvolte.
Begin, indien nodig, rustig stapvoets. Draaf vervolgens 3 of 4 bogen, afhankelijk van hoe groot je oefenterrein is.

De verschillende stappen om de slangenvolte met 3 bogen tot een goed einde te brengen

Voer de stappen uit in de aangegeven volgorde en probeer om niet aan de teugel te trekken als voornaamste middel om je paard te doen wenden:

1 - Het is je blik die de beweging stuurt. Je kijkt in de richting die je uit wil en je hoofd draait mee in de goede richting.
2 - Wanneer je naar links kijkt, draaien ook je schouders en je bovenlichaam op natuurlijke wijze lichtjes mee naar links. Eenmaal zover voelt je paard dat je je gewicht verplaatst hebt.
3 - Je geeft je paard hulp met je binnenste been ter hoogte van de riem, opdat hij eromheen draait. Het gaat hier niet over constante druk. Je been geeft de hulp op het moment dat het binnenachterbeen omhoog komt. Je herhaalt deze actie dus bij iedere pas (wanneer je overeind komt bij het lichtrijden). Doet mijn buitenste been ook iets? Ja, dat hou je lichtjes achter de riem omwille van positiebehoud en om te voorkomen dat je paard met de heupen naar buiten zou gaan leunen (wanneer de achterbenen de boog verlaten.
4 - Verplaats je beide handen naar een kant. Je houdt de teugels dus evenwijdig en neemt je paard mee bij de schouders en niet bij het hoofd. Wenden vraagt om een reeks voorbereidingen. De actie met je handen is de allerlaatste in de rij.
5 - Vergeet niet dat je de slangenvolte uitvoert. Denk eraan om je paard gedurende enkele passen recht te richten vooraleer je opnieuw gaat wenden.

Je paard goed doen buigen

Je hoort vaak: geef je paard "de juiste hulpen"! Dit geeft weer hoe belangrijk het is om de hulpen goed op elkaar af te stemmen: beenhulpen en teugelhulpen. Tijdens het rijden maak je niet louter gebruik van je handen of alleen van je benen. Deze zijn met elkaar verbonden. Je moet de subtiele samenwerking tussen deze beide goed weten te doseren in functie van het paard waarop je rijdt (leeftijd, mate van dressuur, ...), maar net dat verleent de paardensport zijn charme…
Het mag allemaal goed klinken, maar waarschijnlijk kom je toch enkele moeilijkheden tegen:
- We weten het allemaal wel maar let toch op... Probeer te vermijden om de binnenste teugel aan te halen. Breng integendeel steeds je hand in de richting van de paardenmond. Ja, we weten het, maar hoe vaak betrap ik mezelf er toch op! Ach, die oude gewoonten!
- Wanneer je paard versnelt tijdens de wendingen, behoud je de controle door met je vingers op de buitenteugel (= de regulerende teugel) te tikken en zo voor een zekere ontspanning te zorgen in de mond van je paard.
✅  - Je bent zeker dat je de oefening goed uitvoert wanneer je voelt dat je paard gemakkelijk wendt en goed om je been heen draait. Je moet een vloeiende en ontspannen beweging voelen.
❌ - Mocht je daarentegen stijve, moeilijke wendingen gewaar worden, herneem de oefening dan in alle kalmte, bijvoorbeeld stapvoets.

De spiraal

Oefening 2: de spiraal

We gaan verder met een tweede oefening, de spiraal, hier en daar beter bekend als de slak. 

De spiraal met 3 bogen

Beschrijf een cirkel van ongeveer 12 meter zodat je niet te weinig ruimte hebt. Wanneer je uitwijkt met je buitenste hand (steeds met de hals van je paard licht naar binnen gebogen), dan zal het paard de cirkel groter maken. Wanneer je met je buitenste hand naar binnen komt, maakt het paard de cirkel kleiner. De beenhulpen zijn natuurlijk ook van belang. Je binnenste been geeft onderbroken hulpen ter hoogte van de riem en vraagt het binnenachterbeen onder de massa. Je buitenste been blijft een beetje achter de riem om je paard bij te houden.
Je paard zal op zijn cirkel blijven wanneer je de buitenteugel sluit en zo verhindert dat zijn schouders weglopen.

Je paard in balans brengen op de cirkel

WELKE KLEINE STRUBBELINGEN KAN IK TEGENKOMEN?

- Het paard kan zich afsluiten omdat we een extra inspanning vragen. Het moet echter bij de les blijven en zich meer bereid tonen (meer mobiliteit tonen in de achterhand). In dat geval stop je de oefening en keer je terug naar de buitencirkel om je paard te doen ontspannen.
- Je paard versnelt en brengt zijn gewicht naar de schouders. Hij laat zich dragen door de voorhand. Ook in dit geval stop je de oefening. Haal de buitenteugel aan (indien nodig tot de hals naar buiten buigt), vertraag en herneem de vraag.
Vergeet niet om van hand te veranderen tijdens deze oefening. Probeer om evenveel tijd te besteden aan de rechterhand als aan de linkerhand.
✅  - Je paard breidt de cirkel gewillig uit en blijft ontspannen. Hij houd het ritme aan en vertraagt of versnelt niet. Hij blijft in evenwicht, stelt zich en houdt zijn gewicht onder zich.
❌ ❌ Instabiele voorhand: het paard brengt zijn gewicht naar de schouders en sluit zich af. Hij is niet langer in evenwicht.

De acht

Oefening 3: de acht

Indien je de twee voorgaande oefeningen tot een goed einde bracht, dan zou deze derde behoorlijk eenvoudig moeten zijn. Het gaat erom dat je een serie 8-bewegingen uitvoert in cirkels van ongeveer 10 meter (letters E - B - X)
De oefening draait om het wisselend wenden maar ook om de regelmatigheid van de bewegingen.

Voilà, "er is niet meer aan" dan we al beschreven... Probeer om de tips toe te passen wanneer je de oefeningen uitvoert in het midden van een oefenterrein of een manège. Aan lenigheid moet je werken blijven werken, net zoals voor mensen het geval is... Voor het ene paard is dat eenvoudiger dan voor het andere...

We laten je nu werken aan de 3 oefeningen die we hier beschreven. In een volgende reeks tips kunnen we een stapje verdergaan. In het belang van het welzijn van je paard kunnen we het niet vaak genoeg herhalen: oefen vaak, wees tevreden met kleine resultaten en beloon regelmatig! Zoals je weet is de paardensport een ware les in nederigheid


Tot heel binnenkort!

Leila-Mehnane-paardensport-Nowkey

Leila van nowkey

In opdracht van fouganza

Deze tips werden uitgewerkt in samenwerking met NOWKEY en hun oprichtster Leila. Na het behalen van het Staatsbrevet als monitrice in Duitsland, geroemd in de dressuurwereld, werd Leila ook dressuurscheidsrechter in Frankrijk.

© illustraties: [email protected]