In het middelbaar worden de uitdagingen op school groter en een goede tijdsindeling belangrijker. En hetzelfde geldt voor de sportactiviteit van je tiener.
Bovendien is de kans groot dat zijn of haar behoefte aan onafhankelijkheid, autonomie en sociale banden worden bepaald door andere activiteiten: uitgaan, vrienden, muziek… Hoe hou je nog wat ruimte vrij voor sport in een steeds drukkere agenda?
Als je zoon of dochter dol is op zijn of haar sport, kan het helpen om hem of haar aan te moedigen om zijn of haar verantwoordelijkheid op te nemen:
“Zolang de schooltaken en -resultaten in orde zijn, mogen ze de rest van hun tijd indelen zoals ze willen. En aangezien dat de beste manier is om niet de hele tijd achter hen aan te zitten, spelen ze het spel mee.”
Naarmate het ouder wordt, leert je kind ook zelf zijn zaakjes te regelen: de trajecten die het kiest, keuzes tussen verschillende activiteiten enz. En sport blijft een middel bij uitstek om je uit te leven, jezelf te leren kennen en ook gedachten en ervaringen te delen met anderen:
“Je moet leren loslaten. Sport wordt echt hun ding, hun hap verse lucht. Hetzelfde geldt voor de relatie tussen het kind en de trainer, het is niet meer aan ons om ons te bemoeien.”
En wat met het gezinsleven? Ook daar is het een kwestie van evenwicht tussen organisatie, aanpassingsvermogen en reactiviteit:
“Mijn man en ik sporten nog wel, maar voor het plezier, recreatief. En we hebben besloten om 's avonds later te eten, zodat we na de trainingen allemaal samen kunnen eten.”