Hoe kies je een binnenband?
Bekijk alle informatie op de zijkant van de band (diameter en dwarsdoorsnede). 26x1.90 betekent bijvoorbeeld dat het gaat om een band met een diameter van 26 inch en een breedte van 1.90 inch.
Op de zijkant van de band vind je ook de afmetingen in mm, in de internationale ETRTO-standaard.
50-559 betekent dan bijvoorbeeld dat je een band hebt van 50 mm breed met een binnendiameter van 559 mm (ongeveer 26x2.00 inch).
De binnenband afnemen
Verwijder de versleten binnenband met behulp van de B'Twin-bandenlichters.
Controles voor je een nieuwe binnenband oplegt
Controleer de staat van de band en vervang hem indien nodig.
Controleer of er geen scherpe stukjes in de band zitten.
Controleer de staat van je velglint.
Zelfs de kleinste scheurtjes in je velglint kunnen lekken veroorzaken.
Ga na of de velg geen beschadiging heeft opgelopen die je binnenband kan kapot maken.
Monteren van een binnenband
Pomp de binnenband lichtjes op zodat hij niet ingekneld raakt.
Plaats het ventiel van de binnenband door de opening in de velg. Hou er rekening mee dat het ventieltype geschikt moet zijn voor de velg.
Stop de binnenband volledig terug in de buitenband en druk de binnenband aan in de holte van de velg.
Let erop dat je de binnenband niet vastklemt bij de uiteindelijke montage van de buitenband.
Montage van de buitenband
Begin je buitenband te monteren aan het ventiel.
Eindig de montage tegenover het ventiel, om te vermijden dat de binnenband gekneld raakt.
Leg je buitenband nooit op met een schroevendraaier of bandenlichter, daarmee zou je je binnenband immers kunnen beschadigen.
De band oppompen
Pomp je binnenband lichtjes op, tot de druk aanbevolen door de fabrikant (die kun je aflezen op de zijkant van je band, in PSI of in bar. 1 bar = 14,51 PSI).
Controleer regelmatig de plaatsing van de band tijdens het oppompen.
Tips van onze expert
We raden aan de bandendruk vóór elke rit te controleren en eventueel aan te passen. Zo voorkom je bijvoorbeeld snakebites en presteren je banden optimaal.
