De voetbalrevolutie die het Deense voetbal onderging in de jaren '70 legde de basis voor de opkomst van het land op het wereldtoneel in het daaropvolgende decennium. Ondanks de vele goede spelers die Denemarken voortbracht, hield het voetbal daar lange tijd vast aan zijn amateurprincipes, met als gevolg dat het nationale team weinig indruk maakte in de wereldwijde voetbalwereld buiten de amateuristische Olympische voetbaltoernooien.Gebeurtenissen in de jaren '70 brachten verandering. Buitenlandse professionals kregen voor het eerst toestemming om voor het nationale team te spelen, en tegen het einde van het decennium werd het binnenlandse voetbal zelf volledig professioneel. De standaarden verbeterden zowel op als naast het veld: het nationale team was gevuld met wereldklasse talenten zoals Allan Simonsen, Henning Jensen, Morten Olsen en Preben Elkjaer, terwijl de aanstelling van de Duitse coach Sepp Piontek ervaring en knowhow langs de zijlijn bracht. Het succesvolle tijdperk van 'Deens Dynamiet' stond op het punt te beginnen.